‘Sociale rechtvaardigheid en betere verdeling van kapitaal’
Hoe werkt sociaaleconomische ongelijkheid door in (niet) kunnen, mogen en willen meedoen aan sport? En in ‘voldoende’ bewegen als onderdeel van een gezonde leefstijl? Met deze vragen houdt Mirjam Stuij zich bezig bij het Mulier Instituut, een onderzoeksbureau dat wil bijdragen aan goed onderbouwd sportbeleid. Wat vindt zij belangrijk om sociaaleconomische gezondheidsverschillen te overbruggen?
‘Sociaaleconomische gezondheidsverschillen zijn geen natuurverschijnsel. Ze komen voort uit de structuren waarbinnen we met elkaar samenleven en de verhalen die we elkaar vertellen. Zo geloven we heel sterk dat gedrag een individuele keuze is: het is aan jou of je je ‘gezond’ gedraagt. Onderliggend zien we (on)gezondheid dan gemakkelijk als iemands eigen verdienste. Dan erkennen we bijvoorbeeld amper de enorme negatieve invloed van grote multinationals op onze gezondheid. Maar die hebben veel, grotendeels onzichtbare, strategieën gericht op winstmaximalisatie. En daarmee beïnvloeden zij, zo blijkt uit onderzoek, vooral de levens van mensen in meer kwetsbaarmakende omstandigheden. Dus enerzijds worden deze mensen continu verleid of gedwongen ongezonde, vaak goedkopere, ‘keuzes’ te maken, anderzijds vertellen we dat ze zich ‘verkeerd’ gedragen. Groepen die wél een gezonder leven leiden, zien maar beperkt dat hun omstandigheden dat vaak gemakkelijker maken.’
‘Het is politiek lastig dat we (on)gezond leven zien als vrije keuze. Betutteling is immers niet de bedoeling. Nog zo’n sterk onderliggend verhaal trouwens. Maar betutteling via marketing van ongezonde producten noemen we ‘vrije markt’. Zolang niemand politiek echt verantwoordelijk is voor onze gezondheid, blijft de optelsom dat vooral mensen in meer kwetsbare situaties het onderspit delven. En gaat het aanpakken van sociaaleconomische gezondheidsverschillen vooral over het oplossen van ‘hun’ problemen. Zinvoller lijkt me de verdeling van onze gezamenlijke welvaart ter discussie te stellen. Dan gaat het ineens niet meer alleen over de mensen die te weinig hebben, maar ook over de mensen en bedrijven die te veel hebben. Dat is écht een ander perspectief. Dan is de vraag niet: hoe lossen we de armoedeproblematiek op, maar: hoe zorgen we dat iedereen in de basis een goed en gezond leven kan leiden?’ ←