‘Gezonde leefomgeving? Denk ook aan goede, diverse woningen.'
Ad de Bont is stedenbouwkundige en directielid bij Urhahn Stedenbouw & Strategie. Hij adviseert opdrachtgevers, geeft lezingen en doet ontwerpend onderzoek naar een beweegvriendelijke en gezondere woon- en leefomgeving. Ook is hij medeoprichter van het Platform Gezond Ontwerp en gastdocent aan de Academie van Bouwkunst. Als hij het mag bepalen, hoe zien gezonde leefomgevingen van de toekomst er dan uit?
‘Met ons bureau doen we veel onderzoek naar beweegvriendelijkheid van omgevingen. Hoe bevorder je met je ontwerp dat mensen meer wandelen, fietsen en gebruikmaken van sportmogelijkheden? Participatie bij zo’n ontwerp is enorm belangrijk. Als mensen geen mentaal eigenaarschap hebben van hun omgeving, sla je de plank mis. Hoe je dat voor elkaar krijgt, is in elke wijk anders. Maar een “inspiratieavondje” onder een systeemplafond met vieze koffie, dat werkt in ieder geval niet. In de ene wijk is er een maandelijkse ondernemersborrel waarbij je kunt aansluiten, in de andere wijk moet je in de voetbalkantine zijn. Aansluiten bij bestaande evenementen en vooral bestaande netwerken, is dé manier om mensen te betrekken bij je plannen. En heb je eenmaal aansluiting, vertel dan echt het eerlijke verhaal: dit kunnen we realiseren, dat niet. En vooral ook: hier is budget voor, hiervoor niet.
Bij het kijken naar gezonde leefomgevingen kijken we vaak naar de openbare ruimte. Maar volgens mij is woningbouw het grootste issue, vooral als het gaat over mentale gezondheid. Gehorige huizen waarin je last hebt van de buren, slecht geïsoleerde huizen waar het geld door de kieren naar buiten waait, kleine huizen waar gezinsleden elkaar in de weg zitten … Daar zitten grote gezondheidsrisico’s. En wat ook opvalt: momenteel bouwen we in steden vooral voor stellen en alleenstaanden. Daarmee maken we eigenlijk dezelfde fout als twintig jaar geleden met de Vinexwijken. Met zo’n homogeen aanbod verandert iedereen ongeveer tegelijk van leefsituatie en loopt je hele buurt leeg omdat de huizen niet meer passen. Funest voor de sociale cohesie. Daarom hebben we wat mij betreft in 2034 een divers en kwalitatief hoog woningaanbod. Als mensen zich prettig voelen in hun huis en zich verbonden voelen met de wijk, is dat fantastisch voor de gezondheid!’ ←