Signalement

Voeding en gezondheid

Pleidooi voor een onderzoeksprogramma voeding en gezondheid

Mensen worden ouder, hebben vaker overgewicht en chronische ziekten. Voeding kan het verschil maken bij gezondheidsbevordering en preventie. Een brede wetenschappelijke kennisbasis is nodig om het beleid en de voorlichting over voeding en gezondheid te optimaliseren. Reden voor ZonMw om het initiatief te nemen voor het Signalement ‘Voeding & Gezondheid: Investeren in de basis voor voedingsbeleid.’ 

Tekst: Tjitske Lingsma ¦ Illustratie: Curve Mags and More

Er is al veel kennis over de impact van voeding op onze gezondheid. Deze kennis schiet echter soms te kort en sluit niet optimaal aan op de ontwikkelingen in de bevolking en de samenleving. Daarom heeft ZonMw het voortouw genomen voor het Signalement ‘Voeding & Gezondheid: Investeren in de basis voor voedingsbeleid.’ ZonMw heeft hiervoor met input van het RIVM, de Gezondheidsraad en het Voedingscentrum de kennisbehoefte in kaart gebracht en deze in het Signalement gebundeld. Samen pleiten zij voor een onderzoeksprogramma specifiek gericht op voeding en gezondheid.

ZonMw en de partnerorganisaties zetten in het Signalement vooral in op het doorontwikkelen en het verfijnen van de richtlijnen voor goede voeding en een bredere onderbouwing van de voedingsnormen. Een van de doelen is om te zorgen dat het voedingsvoorlichtingsmodel ‘de Schijf van Vijf’ beter kan aansluiten bij de huidige bevolking.

Op 25 oktober 2023 overhandigde ZonMw-directeur Véronique Timmerhuis het Signalement aan Marjolijn Sonnema, directeur-generaal Volksgezondheid bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Lees meer>

vlnr: Marith Volp (RIVM), Véronique Timmerhuis (algemeen directeur ZonMw), Marjolijn Sonnema (Ministerie van VWS), Petra Verhoef (Voedingscentrum) en Marianne Geleijnse (Gezondheidsraad). Foto: Paul Voorham

Wat echt nodig is, is hoogkwalitatief wetenschappelijk onderzoek, waarbij groepen verschillende voedingsmiddelen krijgen

De Gezondheidsraad

De Gezondheidsraad heeft ZonMw willen inspireren bij het opstellen van het signalement, vertelt vicevoorzitter Marianne Geleijnse. Als onafhankelijke wetenschappelijke instantie heeft de Gezondheidsraad de taak om regering en parlement adviezen te geven over volksgezondheid en gezondheidszorg. Het gaat daarbij ook om adviezen over gezonde voeding voor de preventie van ziekten en het optimaal functioneren van het lichaam. Deze kennis komt vervolgens terecht bij beleidsmakers en professionals in het veld, zoals het Voedingscentrum, maar ook bijvoorbeeld diëtisten. ‘Zij vertalen het verder naar de bevolking’, zegt Geleijnse.

Meer en actuelere kennis

De Gezondheidsraad ziet niet alleen welke kennis er is om te komen tot een goed beleid, maar ook wat er ontbreekt. ‘De voedingsadviezen die er nu zijn, hebben een stevige wetenschappelijke basis. Ook de richtlijnen zijn goed onderbouwd. We weten dat het eten van groente, fruit en volkorenproducten goed is voor hart en bloedvaten. Dat verandert niet. Maar er is meer en actuelere kennis nodig’, stelt Geleijnse. Ze wijst erop dat de bevolkingssamenstelling is veranderd met meer ouderen, mensen met chronische ziekten en mensen met overgewicht. Dit leidt tot vragen als: heeft de huidige richtlijn om niet meer dan 6 gram per dag zout te nemen dezelfde betekenis voor een fragiele vrouw van tachtig jaar als voor een jonge man met een fysiek veeleisend beroep? Ook de voeding zelf is enorm veranderd. ‘We eten nu voedingswaren die er dertig jaar geleden niet eens waren in Nederland, zoals industrieel bewerkte vleesvervangers, exotische vruchten en sushi. Er is kennis nodig over het effect van die producten op de gezondheid van onze bevolking op de lange termijn.’

Hoogkwalitatief onderzoek

Het doel van het signalement is om te komen tot een breed onderzoeksprogramma dat  kennishiaten opvult, om zo een effectiever voedingsbeleid te kunnen ontwikkelen. ‘Je wilt slagvaardiger worden’, zegt Geleijnse ‘Wat echt nodig is, is hoogkwalitatief wetenschappelijk onderzoek, waarbij groepen verschillende voedingsmiddelen krijgen. Ook pleit ik voor meer onderzoek naar de voedingsstatus van gevoelige groepen zoals ouderen, mensen met een chronische ziekte en zwangere vrouwen. De Gezondheidsraad is ook afhankelijk van cohortonderzoek, waarbij voedingsgewoonten en andere kenmerken van een grote groep mensen in kaart worden gebracht. Deze mensen worden een lange tijd gevolgd om te begrijpen hoe voeding het risico op allerlei ziekten kan beïnvloeden. Dit langetermijnonderzoek is onmisbaar, omdat het effect van voeding op chronische ziekten meestal heel geleidelijk gaat en pas na verloop van tijd zichtbaar wordt. Voeding gegeten tijdens de eerste levensjaren kan zelfs nog een rol spelen bij de gezondheid op oudere leeftijd’, zegt Geleijnse. 

Het Voedingscentrum

Het Voedingscentrum helpt mensen op een praktische manier om gezonde en duurzame voedselkeuzes te maken. Zoals bijvoorbeeld met de Kies ik Gezond app en de Eetmeter. ‘We zijn er voor iedereen en richten ons op mensen van alle leeftijden en in verschillende situaties. De Schijf van Vijf is daarbij onze basis’, vertelt Petra Verhoef, directeur van het Voedingscentrum. De adviezen bereiken mensen ook via professionals, zoals diëtisten en huisartsen. Ook adviseert het Voedingscentrum instanties als gemeenten en bedrijven over een gezond en duurzaam voedingsaanbod. 

Urgentie

Het Voedingscentrum onderschrijft de urgentie van de boodschap van het signalement van ZonMw en heeft er als tegenlezer aan bijgedragen. ‘Bij het opstellen van richtlijnen voor goede voeding en voedingsnormen wordt uitgegaan van gezonde mensen met een gezond gewicht. Voor andere groepen, zoals mensen met obesitas of ouderen, is de kennis over de behoefte aan voedingsstoffen wat beperkter. Er zijn aanwijzingen dat bij overgewicht de behoefte aan bepaalde vitamines en mineralen, zoals vitamine D of ijzer, is verhoogd. Met een populatie waarin de helft te zwaar is, kan inzicht daarin onze adviezen verbeteren’, aldus Verhoef.

Kwetsbare groepen

Ze pleit ervoor dat bij de start van het onderzoeksprogramma een groep experts bij elkaar komt om de belangrijkste kennishiaten te prioriteren. ‘Wat nu ontbreekt is specifieke kennis over behoeften van kwetsbare groepen zoals ouderen en mensen met een chronische ziekte. Maar ook over de effecten van het consumeren van relatief nieuwe voedingsmiddelen, zoals vlees- en zuivelvervangers. Met die kennis kan het Voedingscentrum deze groepen dan beter adviseren en ondersteunen, maar ook de adviezen beter onderbouwen en de eisen aan producenten scherper stellen.’    ←

 

Wat nu ontbreekt is specifieke kennis over de effecten van het consumeren van relatief nieuwe voedingsmiddelen, zoals vlees- en zuivelvervangers

Arrow-prev Arrow-next