Won in 2017 ¦ Met Signaleren en melden door apothekers van niet-opgehaalde medicatie voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (SMANOM-EPA)
Zijn project begon veelbelovend. ‘Het was niet moeilijk om het van de grond te krijgen. Overal waar we kwamen en dit idee pitchten, kregen we de handen op elkaar’, vertelt Steve Lauriks, programmamanager bij de GGD. In 2017 startte hij een pilot in Amsterdam waarbij de apotheker bij een psychiater meldt of medicijnen wel zijn opgehaald door mensen met een ernstig psychiatrische aandoening. Naar schatting is meer dan de helft niet medicatietrouw. Dit kan leiden tot terugval. ‘We zijn op dit idee gekomen, omdat iemand binnen de politie dit in Engeland had gezien.’
Lauriks ging met een team voortvarend aan de slag. De grootste ggz-instelling in Amsterdam, Arkin, wilde meewerken evenals BENU en Mediq Apotheken. Steve: ‘Vanuit ZonMw kregen we financiering en ook de politie en de GGD leverden een bijdrage. Voor we het wisten hadden we een erg mooi project. We startten met het ontwikkelen van grote metalen stempels met de naam van de psychiater en het logo erop. Met dat stempel konden zij op het recept zetten: “Deze persoon doet mee met SMANOM-EPA en ik wil graag weten of de medicatie wordt opgehaald.” De apotheker zag dat en liet weten wanneer het medicijn niet binnen tien dagen werd opgehaald.’
Het project viel op bij ZonMw. In 2017 kreeg Lauriks een Parel: ‘Ik denk dat het project uniek was, omdat het een samenwerking was van partijen die niet vanzelfsprekend met elkaar samenwerken. We stonden ook met zijn allen op het podium om de Parel in ontvangst te nemen: de directeur van de GGD, een strategisch adviseur van de politie, twee apothekers, iemand van cliëntenbelang en de ggz-instelling.’
Lauriks en de zijnen waren goed op weg, maar in 2018 kwam er een kink in de kabel. ‘Toen kwam de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en stopte iedereen met informatie delen. Niemand wist precies wat nog mocht onder de nieuwe wet. Mag een apotheker nog informatie verstrekken of het medicijn wordt opgehaald? Past dat wel binnen de wettelijke kaders? En daar kwam nog eens bij dat Arkin overging naar een digitaal voorschrijfsysteem. Alle stempels werden overbodig. De recepten van psychiaters werden digitaal en we hebben onze uiterste best gedaan om een digitaal stempel te krijgen, maar dat bleek uitermate ingewikkeld. Uiteindelijk, was er in een opmerkingenveld bij het recept nog ruimte om informatie in te vullen, maar dan heb je met een extra handeling van de psychiater te maken en dan wordt het al veel ingewikkelder.’
Hoewel het project vastliep, kijkt Lauriks met plezier terug op het ontwikkelen van het idee. Het heeft ook zeker impact gehad. ‘Psychiaters hebben er iets van geleerd. Ze bellen zelf de apotheker of sturen even een berichtje: “Is de medicatie opgehaald die ik een paar weken geleden heb voorgeschreven?” En ook apothekers voelen zich beter gehoord. Zij stellen zich actiever op en richten zelf procedures en systemen in om het ophalen van medicatie te monitoren.’ Lauriks hoopt dat zijn idee, bijvoorbeeld dankzij technologie, alsnog werkelijkheid wordt. ‘Wij hebben met ons project het zorgsysteem niet kunnen veranderen. Maar het is zo’n goed en eenvoudig uitvoerbaar idee; ik kan mijn niet voorstellen dat niemand hiermee verder gaat.’